Happy Happie (3) – overname per koerier

Happy Happie (3) – overname per koerier

“Goeie morrege,” groet ik m’n eierkokertje the morning after het etentje van the night before.  “Ik zeg: goeie morrege.”

“Ja, ook goeie morgen, dat zei ik toch al twee keer. Wat ben jíj vroeg.” 

“Sorry? Ja, sinds jij die Dove zeep in huis gehaald hebt hoor ik geen moer meer.”  

“Waarom ben jij zo vroeg? vroeg ik.”

“Oooh, ja, ik ben wakker geschrokken van de buurman. Volgens mij is ie bezig  stenen in ‘n metalen kruiwagen te gooien. Ik denk dat ie – zijn vrouw kennende – ‘n klaagmuur aan het metselen is. Die heb ik vroeger in Vught ook gehad, Weet je nog, met die witte streep erop?”  

“Ja, dat weet ik nog, maar waar diende die streep voor? Decoratie?”

“Nee. Op het tweede kinderverjaardagsfeestje (scrabble??) van ‘onze’ Michael waren zúlke etterbakjes van kinderen, dat ik ze na tien minuten knarse-tandend bij elkaar riep voor ’n wedstrijdje. Ik trok met kalk ’n witte streep op de muur; zette de lamstraaltjes naast elkaar en zei: wie het eerst onder de streep door is krijgt ’n extra worstje. ’t Feestje was snel afgelopen en ons gezinnetje at vier dagen friet met appelmoes en worstjes.” Mijn toekomstig latje lacht en vervolgt ons gesprek met: “Hoezo, ken jij de buurvrouw dan? Weet jij weer iets wat ik niet weet?”  

“Nee, geintje. Zou ik al iets weten, dan zou ik het nog niet doorvertellen. Ik hou me aan de spreuk: –het ware te wensen, dat alle mensen, met al hun gebreken, zichzelf eens bekeken, dan zouden ze het praten over anderen wel laten.- (m’n moeder, intussen overleden) ” ‘n Irritant gepiep laat weten dat de eieren 4 minuten en 30 seconden in het kokend water hebben gelegen en dus gereed zijn voor consumptie. Net voor ik de geschaalde uitwerpselen uit het water haal hoor ik het ene ei tegen het andere zeggen: “Heet, hè?” Waarop het andere ei antwoordt: “Daar word je hard van.” Snel onder de koude kraan, kop eraf, zout erop en sloeberen. Heerlijk, precies goed gekookt: Het wit hard, de dooier snot. Van huis uit ben ik een eiereneter. Ik til er dan ook erg zwaar aan hoe zo’n hoog-cholestorol-houdend produkt wordt bereid. De dooier bepaalt de smaak, dus die moet zowel bij koken als bij bakken zacht blijven; het zogenaamde spiegelei. Eens bestelde ik in een restaurant ’n uitsmijter rosbief. Toen de serveerster een groot bord bracht met daarop drie eieren was er één dooier kapot. Ik maakte een dúsdanige stennis tegen het grietje, dat van m’n mee-etertje zelfs het groen achter de oren rood kleurde. Verschrikt droop het meisje met bord en al af. M’n grote bek had geholpen, want nog geen tien tellen later kwam er al ’n andere uitsmijter………………  die gooide me buiten.

“En, heb ik me nou vermaakt of niet?” 

“Je had in ieder geval weer genoeg gedronken.”  

“Heb ik me misdragen dan?” 

 “Misdragen niet, maar je hebt op de terugweg wel verschrikkelijk zitten lullen over rabo’s en giro’s.”

“Ja, leuk, hè? Weet je nog dat ik voor de gein bij de Griek rabo’s bestelde in plaats van gyros, en dat de ober mij ‘n bord met ondefinieerbaar vlees voorzette en dat ie, op mijn vraag: “wès dè,” antwoordde in perfecto

ABN: Amro’s.” M’n ochtendhumeurtje kon wederom een glimlach niet onder-drukken. “Oh, ik heb twee rijtjes spare-ribs, die je in je binnenzak had gestopt maar aan de hond gegeven. Je jas kan naar de stomerij en je shirt ligt in de vuilnisbak. “Ken je al mensen van kantoor Van der Zuid?”

“Frans heeft wat namen genoemd en ze aangewezen, maar ik zag ’t niet meer zo scherp. Ik zag op ’n bepaalde afstand zelfs dubbel. Marie-José is helemaal geen tweeling. Ze is gewoon een twee-eiige eenling. Ze lijkt ook sprekend op elkaar. Ook heb ik Ad de Ronde zien doen. Ik weet dat Kolette zwanger is en dat Claudi er ook weer aan toe is. En Lieneke; Lotte; Gerda; Jolanda; Tanja; Sandra; Borstia; Floris; Maarten en Monique N. waren er ook. Vier mannen slechts. De verhouding vrouw staat tot man is als Mont Blanc staat tot  Cauberg.”

“Borstia?”  “Ja, Titia heet ze eigenlijk, maar dat vind ik niet zo netjes. Met enkele meiden heb ik stíekem gedanst gisteren en zelfs díe liepen kreupel na afloop. Ook platonisch zijn je voeten bij mij niet veilig en zeker niet als je gauw op je teentjes bent getrapt,” lach ik. “Je hebt alleen met mij gedanst, toch?” vraagt m’n Olijfje. “Tuurlijk, schat,” zei ik, “een John Travolta als ik danst alleen met ’n gelijkwaardige partner.”  

“Martin danst ook goed, vind ik en die blijft echt niet als ‘n muurbloempje aan de kant staan.” meent m’n liefje. “Klopt, maar die heb ik niet gevraagd, want die is mij te ‘controlerend’ bezig en dan moet ik teveel op m’n passen passen en dat danst niet relaxed.” Ik spring overeind. “Is de koerier al geweest?”   “Nog niks gezien, nee.”

Nerveus draai ik een “Roken is Dodelijk” en paf de tuin in. Gluur over de schutting en zie de buurman lavastenen rond z’n vijvertje stapelen. Ik leg m’n borst op de schutting en lul wat tegen hem aan om de tijd te doden.

Vergeleken met zijn vijver is de mijne een zesser, denk ik verwaand.

“POST!!!” Ik ren naar binnen en open de envelop van De Werkgeve, gebracht door de koerier. Slim, dat spaart weer ‘n postzegel uit. Ik lees snel over de brief heen en raadpleeg de bijgevoegde plattegrond. Die betreft alleen kantoor Den Bosch. Ik tel de namen van de nieuwe mensen. Behalve Saskia heb ik ze allemaal gezien gisteren. “Ze komen allemaal bij ons,” roep ik, “en Rien en ik moeten onze kamer uit. We komen met z’n vijven op één kamer. Cecile, Daniëlle, Frans, Rien en ik. Shit, shit! Drie niet-rokers.” Ontdaan zak ik onderuit. Het anti-rookbeleid biedt voor ons geen genot meer. Ik rook al langer dan die meiden leven. Wie past zich aan wie aan?

“Misschien is het beter voor jou om wat te minderen.”

“Ja, misschien wel. Misschien ga ik zelfs wel stoppen, zeker nu op het pakje staat dat ik niet eens meer zwanger kan raken. Stoppen, ja. Da’s gemakkelijk zat. Dat heb ik al honderd keer gedaan.”

Aar die Dabbeljoe.

Ook leuk om te lezen

Lente

De zomer is alweer in het land. Tijd om ’n terugblik te werpen op mijn favoriete seizoen: de lente. Mijn 11e lustrum is ook weer

Tussen de rails

“Gaat zo’n trein hard, pap?” Dat was één van de vele vragen die ik moest beantwoorden daags voor ons vertrek. We hadden de kinderen beloofd

Meer lezen?

Download mijn boek: Levensloop van een Muzikant